Symptomen en klachten bij chronische hyperventilatie
Door chronische hyperventilatie veranderd de pH-waarde (zuurgraad) in het lichaam. Dit veroorzaakt een aantal ongewenste symptomen en klachten.
- Het levert een continue bloedvatvernauwing op. Hierdoor krijgen de organen te weinig zuurstof. Met name de hersenen krijgen hierdoor een tekort aan zuurstof. Dit kan oplopen tot zo’n 30 a 40%. Het gevolg is een continue licht gevoel in het hoofd. Ook zien we vaak een gevoel elk moment flauw te kunnen vallen. Vaak veroorzaakt de bloedvatvernauwing prikkelende en/of koude handen en voeten.
- De rode bloedlichaampjes kunnen hun zuurstof minder goed afgeven aan de weefsels in het alkalische milieu. Hierdoor ontstaat er een continue en soms zelfs een extreem vermoeidheidsgevoel.
- De spiercellen gaan melkzuur produceren in een poging de pH-waarde te herstellen. De gevolgen hiervan zijn spierpijnen, trillende of soms zelfs verkrampende spieren. Ook bijvoorbeeld hartoverslagen kunnen hierdoor worden veroorzaakt.
- Een veranderde stofwisseling en een verhoogde afgifte van histaminen leveren vaak allergische reacties op.
- Vaak is er een verhoogde hartslag. Dit komt door het verhoogde adrenaline niveau in het bloed. Vervolgens levert dit weer paniek- en angstgevoelens op.
Het lichaam en haar processen zijn in deze alkalische toestand dus flink ontregeld. Door de symptomen en klachten wordt de patiënt angstig. Het verhoogde angstniveau zorgt weer voor meer adrenaline. En daardoor wordt het ademcentrum verder aangejaagd. Dit kan leiden tot een vicieuze cirkel, waarin de patiënt uiteindelijk een hyperventilatie aanval – ook angst- en paniekaanval genoemd – krijgt.
De complete lijst van klachten
Het hyperventilatie-syndroom geeft bij verschillende mensen vaak ook verschillende klachten. Sommige klachten zijn bij de ene persoon sterker aanwezig dan bij de andere. Maar de meeste mensen die in het syndroom van de chronische hyperventilatie zijn belandt, herkennen zich vrijwel altijd in de onderstaande lijst met klachten. De volgende verschijnselen zijn vrijwel zonder uitzondering in meerdere of mindere mate aanwezig:
- Wisselende mate van moeheid / lamlendigheid.
- Duidelijk verhoogde vermoeibaarheid.
- Overgevoeligheid voor prikkels uit de omgeving, prikkelbaarheid t.o.v. dagelijkse verplichtingen “Ik wil wel, maar ik kan niet”.
- Slaapstoornissen.
- Concentratie- en geheugenstoornissen.
- Beven.
- Verhoogd transpireren, warmtestuwingen.
- (Claustro-)fobische elementen, doodsangst, paniekgevoelens.
- Licht, onzeker, akelig gevoel in het hoofd (duizeligheid en soms ook draaierigheid).
- Benauwdheid, luchthonger.
- Angst om flauw te vallen, om gek te worden of angst voor controleverlies.
- Hartbonzingen en hartoverslagen.
- Pijn, beklemming op de borst, uitstraling naar een of beide armen.
- Wazig zien, geluiden van veraf horen.
- Slappe, onzekere benen.
- Koude of prikkelende handen en voeten.
- Spijsverteringsproblemen.
De symptomen en klachten veroorzaken fobische verschijnselen
Deze klachten treden vooral op in bepaalde situaties. Ze veroorzaken daardoor weer fobische verschijnselen. Sommige patiënten worden er ’s nachts mee wakker. Anderen krijgen het juist wanneer ze na een periode van actie rustig voor de tv zitten. Het merendeel ervaart klachten in de volgende situaties:
- Een winkel vol mensen.
- De rij voor een kassa in de supermarkt.
- Volle trams of bussen.
- Liften en in tunnels.
- In drukke bioscopen en schouwburgen, enzovoort.