Acute hyperventilatie
Acute hyperventilatie is zoals gezegd een normale lichaamsreactie op een acuut gevaar of stressvolle en/of een spannende situatie waar iemand in verkeert. Als we in een bedreigende situatie zitten, gaat het centrale zenuwstelsel (de hersenen) adrenaline aanmaken. Door die adrenaline gaat ons hart sneller gaat kloppen. Het bloed wordt sneller rondgepompt. De ademfrequentie neemt toe. Het lichaam wordt hierdoor voorbereid op actie. Die actie kan bijvoorbeeld vluchten of vechten zijn.
Acute hyperventilatie verzadigt het bloed met zuurstof
Door de versnelde ademhaling is het bloed verzadigd met zuurstof. Het snelle rondpompen van het bloed transporteert de zuurstof snel naar de organen en spieren. De spieren kunnen daardoor een grote inspanning leveren. Het lichaam is daarmee dus zo goed mogelijk voorbereid op de te nemen actie (vechten of vluchten). Acute hyperventilatie is dus een beschermingsmechanisme van ons lichaam en geen ziekte.
Wat gebeurt er met de kooldioxide?
Door de snelle ademhaling bij acute hyperventilatie verzadigt ons bloed dus met grote hoeveelheden zuurstof. Maar we ademen daardoor ook veel kooldioxide (CO2) uit. De kooldioxide reguleert de zuurgraad in het organisme. Doordat men veel kooldioxide uitademt, is er gevaar dat er een tekort aan deze stof ontstaat. Daardoor kan de zuurgraad te laag worden. Om dit tekort aan kooldioxide te voorkomen, heeft het lichaam buffers in het bloed in de vorm van HCO3 ionen. Tijdens de spannende situatie vult ons lichaam het tekort aan kooldioxide aan vanuit deze deze buffers. Daarmee wordt dan de zuurgraad van het bloed constant gehouden. Als gevolg hiervan kan het lichaam nog steeds optimaal functioneren. Deze HCO3 ionen spelen ook een cruciale rol in het fenomeen van de chronische hyperventilatie.